Het einde van een gladiatorengevecht collectie Bonnefantenmuseum Maastricht.

Moldavia, monastero Orhei

G - FGC6624

Romeinse verdegingslinie detail

Laat Romeinse verdedigingslinie, noordgrens

GENETICA HOME

2000 years genetic variation in Flanders, Brabant and Limburg

*

G-FGC6624 ontstond 6200 v.Chr. in Anatolië.

Algemeen wordt aangenomen dat de voorouders van deze lijn in West-Anatolië leefden.

Eeuwen daarvoor waren zij tezamen met andere G groepen vanuit Centraal Anatolië naar een drietal regio's in West-Anatolië getrokken: het merengebied bij Antalya, de kusten aan beide zijden van de Egeïsche zee en rond de zee van Marmara, bij Barcin Höyük.

In deze regio's leefden de G2a2a- en de G2a2b-groepen en van daaruit trokken ze rond 6000 v. Chr. Europa binnen. Zij introduceerden daar de landbouw en een nieuw soort aardewerk Lineaire Band Keramiek, LBK. Rond Maastricht bloeide deze cultuur van 5300 tot 4900 voor Christus. Op de Cannerberg, tussen Maastricht en Heukelom, zijn archeologische resten ontdekt van een neolithisch dorp.

Aan het begin van de ijzertijd, rond 2500 v. Chr. wordt de bestaande bevolking in Europa vervangen door een volk afkomstig uit de Russische steppen. Hun mannen waren dragers van haplogroep R. Dragers van haplogroep G2a2a, onze verwanten, zijn dan weer verdwenen.

Onze voorouders zijn waarschijnlijk altijd in Anatolië gebleven tot 1000 v. Chr. Toen splitste onze stamlijn zich in twee takken. Ik noem ze hier de tak Moldavië en de tak Benelux.

arrow

G - FGC6624 kreeg rond 1100 v.Chr. twee takken

splitting
Moldavia FGC6624*

De tak Moldavië heeft G-FGC6624*. Het sterretje duidt aan dat er in deze tak slechts één familie bekend is, de familie Ghemu. Hun stamvader is waarschijnlijk in een grote groep mensen die allen haplogroep G hebben in de elfde eeuw uit het Byzantijnse Rijk, nu Turkije, gekomen. Zij waren van het Oosters-orthodox-christelijke geloof. Zij kwamen vóór de latere islamitische invasies. (1)

Benelux FGC6618

De Beneluxtak heeft een eigen SNP, FGC6618. Dit is omdat zij verder vertakt is. De stamvader hiervan ging in de Romeinse Tijd naar Gallia Belgica. Hij kan een legionair of een koopman geweest zijn. Uit hem ontsproten drie takken, waaruit de families Marres, Slootmaekers en Nolet stammen. Ze wonen allemaal in de Maasvallei, de eerste twee rond Maastricht, de familie Nolet woont rond Namen. (2, 3)

pijl schuin
De drie takken
Ze ontstonden in de Romeinse Tijd
splitsing in drie

Nolet

FGC34750

Morech

FGC6634

Slootmaekers

FGC42426

pijl

Gesplitst in twee takken in het jaar 1490

splitsing

In beide lijnen veertien generaties.

Marres
FGC6628
Mares
BY220097

*

G-FGC6669 tree

De G-FGC6669 stamboom

*

AUTOSOMAAL DNA

Autosomaal DNA is het totale DNA van alle chromosomen, het is afkomstig van alle voorouders. De vader en moeder gaven iedere ongeveer de helft van hun DNA, zij op hun beurt kregen weer van hun ouders ieder ongeveer de helft. (7)

B.M. K36 Ancestry Report Geografcal 2018-800

Met de muis op de kaart is er een vergroting en een groene stip op Maastricht.

Het genoom van de auteur heeft vooral gemeenschappelijke genen met West-Duitsers, vooral mensen uit Hessen en Baden-Württemberg, dan vooral uit Zuid-Duitsland en Zwitserland, gevolgd door Walen, Vlamingen en Noord-Fransen en tenslotte Engelsen uit het zuidoosten van dat land.

Zijn voorouders kwamen allemaal uit streken zuidelijker dan Maastricht. Opvallend is het lagere aandeel Limburgers, ook brabanders zijn slecht vertegenwoordigd evenals andere Nederlanders.

*

GEDMATCH

Dit is een groep genetici die voor de grote bedrijven de autosomatische testen uitvoeren. Ze zochten naar oorsprongen van duizenden jaren geleden bij de oorspronkelijke bewoners van Eurazië.

De oudste zijn de Altaïsche bewoners die hier tijdens de ijstijden op de toendra verbleven. Na de ijstijden zo'n 10.000 jaar geleden herbevolkten de jager-verzamelaars het Europese vasteland vanuit hun refugia aan de Middellandse Zee. De Neolithische boeren kwamen 7.000 duizend jaar geleden uit Anatolië, en de Corded ware mensen kwamen 5000 jaar geleden uit de Kaukasus. De Hunnen hebben ook enkele sporen nagelaten.

Etnische herkomst B. Marres, Bron: GedMatch

*

Het instituut Gedmatch zijn autosomaal DNA met archeologische overblijfselen van jager-verzamelaars en de eerste Europese neolithische boeren. Hieronder een figuur met de resultaten in volgorde van de vastgestelde relatie met wie we minimaal één CentiMorgan (maatstaf voor verwantschap) delen. (8)

In de archeogenetica is 1 cM de ondergrens voor verwantschap. Hoe hoger dit getal, hoe groter de verwantschap, dus met meer en dikkere lijnen.

In de onderstaande tabel zijn we het meest verwant aan twee Neolithische personen die 7200 en 3200 jaar geleden leefden in wat nu Hongarije is. Ze worden op de voet gevolgd door een 7000 jaar oude ontdekking uit Stuttgart, toen een Luxemburger van 8000 jaar geleden. Dan een 45.000 jaar oude vondst uit Siberië en een Noord-Amerikaanse Indiaan van 12.000 jaar terug. Zijn voorouders moeten niet lang daarvoor de Beringbrug zijn overgestoken.

Opvallend is de grote genetische afstand tot Engelsen, Scandinaviërs en Spanjaarden Hier lijken we nauwelijks gemeenschappelijke voorouders te hebben. Het minste zijn we verwant aan een Brit - helemaal onderaan - met wie we op vijf plaatsen segmenten van 1 of 2 cM delen.

GEDmatch-1cM-c

*

Neanderthal genes

Een mooie test is de aanwezigheid van Neanderthaler genen. Onze hoeveelheid wordt, afhankelijk van het testlaboratorium, geschat tussen 2,8% en 4,8%, waarvan ongeveer 2/3 afkomstig is van Neanderthalers en 1/3 van een andere premoderne menselijke soort, de Denisovans.

schedels noderne mens en Neanderthaler

Twee schedels, een van een moderne man en een van een Neanderthaler in het Natuurhistorisch Museum in Cleveland.
Ik heb het bimaxillaire prognathisme toegepast op de Neanderthaler.

Als de muis op de afbeelding staat, ziet u de originele afbeelding (9)

*

Het DNA van de familie Marres

Op het internationale congres voor
Genealogische en heraldische wetenschappen
gehouden in Maastricht in september 2012

Op dit congres sprak Dr. W. Penninx de openingslezing uit. Hij besprak de varianten in het Y-DNA van de verschillende takken van de Marres-familie en hoe kleine mutaties in het Y-DNA naaste en verre familierelaties kunnen aantonen, wat onmogelijk is met alleen genealogisch en historisch onderzoek.

Genetic Variation in the Netherlands in the Last 2000 Years-a

Genetic Variation in the Last 2000 Years

Als de muis op de afbeelding staat, ziet u een van de dia's

Hij toont familierelaties die teruggaan tot de Middeleeuwen en zelfs tot het Neolithicum. De resultaten van de DNA-testen in de familie Marres dienen als voorbeeld.

De motivatie voor het starten van de genetische studie was ons doel de verwachte maar nog niet bewezen genealogische relatie tussen de Nederlandse Marres en Mares families, zo niet om dan in ieder geval met een maximum aan zekerheid aannemelijk te maken.

Er is altijd aangenomen dat de Maastrichtse families Marres en Mares twee takken van één familie waren. Deze relatie hebben we kunnen aantonen met DNA-onderzoek.

Toen dit doel werd bereikt, hebben we de genetische kennis die hierdoor is opgebouwd gebruikt om onze familiegeschiedenis tot in de prehistorie te achterhalen. Met de verzamelde feiten hopen we niet alleen bij te dragen aan de nationale geschiedenis van ons land, maar ook aan de Europese en wereldgeschiedenis.

Over de familie Marres zijn veel publicaties verschenen in de genealogische en heraldische tijdschriften. In een daarvan, De Nederlandsche Leeuw, 1990, is de gemeenschappelijke afkomst van de familie Marres en Mares aannemelijk gemaakt. (10)

De opkomst van het DNA-onderzoek in deze eeuw bood een prachtige methode om de genealogisch veronderstelde familierelatie te bewijzen. Vier mannen deden mee, twee uit de familie Marres, Boed en Gilbert en twee uit de familie Mares, André en (wijlen) Guus. Zij namen deel aan meerdere projecten. (11)


Auteur: E.C.W.L. (Boed) Marres, Amsterdam   —

laatst aangepast: